Schil de aardappelen en de knolselderij, schrap de wortelen. Was ze en snijd ze in blokken.

 

Fruit de wortel en knolselderij zachtjes aan in 20 gr boter, tot ze glazig zien.

Breng de bouillon aan de kook en voeg de blokjes aardappel, wortel en knolselderij toe.

 

Pel de uien. Prik de laurierblaadjes en kruidnagels in 1 ui en doe deze in de bouillon.

Laat de bouillon met groente, afgedekt, gedurende 15 minuten zachtjes doorkoken.

Maak de prei schoon en snijd deze in ringen.

 

Voeg de prei toe aan de bouillon.

Verwijder ui met de laurier en de kruidnagels.

 

Neem 2 grote (soep)lepels aardappelblokjes uit de bouillon en pureer ze fijn. Roer de gepureerde aardappelen uit met de crème fraîche en bind hiermee de soep.

 

Breng de soep op smaak met zout, peper en oregano.

Maak de paddenstoelen schoon. Snijd de grote exemplaren kleiner.

Hak de tweede ui klein.

 

Verhit de resterende boter en fruit hierin gedurende 5 minuten de ui en vervolgens de paddenstoelen.

 

Voeg het mengsel toe aan de soep.

Zorg ervoor dat de soep gloeiend heet is.

Voeg, van de warmtebron af de fijngeknipte tuinkruiden toe.

 

 

De broodjes/het brood in blokjes snijden, in melk inweken, vervolgens goed uitdrukken.

 

Ui, prei en spekblokjes in boter aanbraden.

 

Peterselie toevoegen en kort meebakken.

 

De ontdooide spinazie goed mengen met het gehakt, het uienmengsel, de uitgedrukte broodjes en de eieren, goed mengen.

 

Op smaak brengen met zout, peper en nootmuskaat.

 

Pastadeeg goed uitrollen en in vierkantjes of rechthoeken snijden.

 

Een Maultasche is ca. 9 x 9 cm groot. De rand met eiwit insmeren.

 

De vulling in het midden verdelen en het dichtmaken.

 

Goed aandrukken.

 

De Maultaschen in vleesbouillon ca. 10–15 minuten laten trekken tot het boven komt drijven.

 

 

Verwerk het meel, de eieren, het zout en het water met een pollepel tot een deeg. Gebruik daarbij niet te veel water, het moet een dik, stroperig deeg worden.

 

Druk het deeg door een pureepers of een schaaf voor spätzln, laat ze even koken totdat ze boven komen drijven, giet ze af en laat ze schrikken met ijskoud water.

 

Bak de gesnipperde ui in boter in een koekenpan totdat ze lichtbruin kleuren. Doe de noedels in de koekenpan en bak ze even mee totdat ze warm zijn. Voeg de kaas toe en laat hem smelten.

 

Breng de noedels op smaak met peper en zout en dien op met de gebakken ui en peterselie.

 

Bak de ui eens anders. In Tirol heten deze Röstzwiebelen.

 

Het is gemakkelijk zelf te maken: Schil de ui en snijd hem in dunne ringen, strooi er paprikapoeder en wat bloem overheen en bak ze in frituurvet goudbruin.