Kook de kipfilet in ruim 2 dl water met peper en zout. Voeg na 7 minuten de soepgroenten toe. Snijd de plak ham in kleine reepjes en voeg die samen met de wijn bij het vlees.

 

Schep de kip zodra het gaar is uit de pan en snijd het vlees in stukjes. (Water (= bouillon) bewaren)

 

Roer de bloem door de slagroom en leng die evt. aan met wat melk tot een vloeibaar glad mengsel. Bind de bouillon met het bloemmengsel tot een dik gebonden saus (goed roeren, denk om klonten); breng deze evt. op smaak met nog wat zout en peper.

 

Verwarm de oven voor op 225°C (hetelucht ca. 200°C)

 

Leg 4 plakjes bladerdeeg op elkaar en rol ze uit ter grootte van de vorm (ca. 28 cm). Bekleed hiermee de licht beboterde vorm (en evt. met paneermeel bestrooid), maak een iets opstaande rand; leg eerst het kippevlees op de bodem en daarop het wat afgekoelde groente-vleesmengsel.

 

Rol van de overige plakjes deeg het deksel en bedek hiermee de pastei.

 

Bestrijk de bovenkant met wat losgeklopt ei en zet de taart onderin op het rooster in de oven.

Bak de pastei in ca. 35 minuten goudbruin.

 

In een zeef de linzen afspoelen. In een pan ¾ liter water met kruidenbouillontablet aan de kook brengen.

Linzen toevoegen en in ca. 30 minuten gaar koken, in een zeef uit laten uitlekken.

 

Op het aanrecht de plakjes bladerdeeg uitspreiden en in ca. 10 minuten laten ontdooien.

Uien pellen en snipperen. Wortel schoonmaken en in kleine stukjes snijden.

 

In een braadpan de boter verhitten. Ui, wortel, kerriepoeder ca. 5 minuten zachtjes bakken.

Knoflook pellen en erboven uitpersen en ca. 2 minuten meebakken.

Bakgember fijnsnijden. Van vuur af linzen en gember  door wortelmengsel scheppen. Op smaak brengen met zout en peper en af laten koelen.

 

Lage taartvorm (doorsnede ca. 24 cm) invetten.

 

Aanrecht bestrooien met bloem. Bladerdeegplakjes op elkaar leggen. Met deegroller uitrollen tot dunne lap. Vorm bekleden met bladerdeeg en met vork inprikken.

Paneermeel op de bodem strooien. Linzenmengsel erin scheppen. Tot gebruik in de koelkast zetten.

 

In een kom de eieren loskloppen met slagroom, zout en peper.

 

Oven voorverwarmen op 200℃.

Eimengsel over de linzen schenken. Geraspte kaas erover strooien.

In het midden van de oven de linzentaart in ca. 30 minuten goudbruin en gaar bakken.

 

Koolhydraten per persoon 71,6g

 

Spinazie in ca. 5 uur laten ontdooien.

Ui pellen en fijnsnipperen.

Ham in kleine stukjes snijden.

In kom 150 gram bloem en zout doen.

Ei erboven breken. 1½ dl melk erdoor roeren. Al roerende nog 2 dl melk toevoegen.

Blijven roeren tot glad beslag.

In koekenpan (Ø ca. 20 cm) ½ el boter verhitten. ⅛ deel van beslag erin scheppen. Over panbodem laten uitvloeien.

Bakken tot bovenkant bijna droog is. Keren en andere kant snel goudbruin bakken.

Pannekoek op plat bord laten glijden.

Op zelfde manier nog 5 pannenkoeken bakken.

In steelpan 25 gram boter smelten. Ui en ham ca. 5 minuten zachtjes bakken. In kommetje scheppen.

Boven bakvet bouillontablet verkruimelen. 25 gram bloem erdoor roeren.

Al roerende scheutje voor scheutje 3½ dl melk toevoegen. Blijven roeren tot gebonden saus.

Mon Chou erdoor roeren en laten smelten. Op smaak brengen met zout en peper.

⅓ deel van saus in kommetje scheppen en apart houden. Door rest van saus ui en ham roeren. Peterselie erboven fijnknippen.

In zeef spinazie uitdrukken.

Ovenschotel (Ø 20 cm) invetten.

Op bodem 1 pannenkoek leggen. Achtereenvolgens erover verdelen: ⅓ deel van ui-hamsaus, pannenkoek, helft van spinazie, pannenkoek, ⅓ deel van ui-hamsaus, pannenkoek, rest van spinazie, pannenkoek, rest van ui-hamsaus, pannenkoek en saus zonder ham.

Gladstrijken.

Oven voorverwarmen op 200℃.

In midden van oven pannenkoek-spinazietaart in ca. 30 minuten heet laten worden en goudbruin laten kleuren.

Niet geschikt om in te vriezen.

 

Bladerdeeg op aanrecht uitspreiden en in ca. 10 minuten laten ontdooien. Preien schoonmaken en in dunne ringetjes snijden. In zeef wassen en laten uitlekken.

 

In braadpan olie verhitten. Prei met kerriepoeder toevoegen en ca. 3 minuten al omscheppende beetgaar laten worden. Rozijnen erdoor scheppen. Iets laten afkoelen.

 

In kom eieren loskloppen met slagroom, zout en geraspte kaas. Prei-kerriemengsel door eimengsel scheppen. Rookworsten in plakjes van ca. ½ cm dik snijden.

 

Aanrecht bestuiven met bloem. Plakjes bladerdeeg op elkaar leggen en uitrollen tot ronde lap van ca. 30cm.

Taartvorm invetten en bekleden met deeg. Randen goed aandrukken. Overtollig deeg langs rand wegsnijden.

 

Bodem dakpansgewijs bedekken met helft van plakjes rookworst. Ei-preimengsel erover verdelen. Rest plakjes rookworst dakpansgewijs in ei-preimengsel leggen. Tot gebruik afgedekt in koelkast zetten.

 

Oven voorverwarmen op 220℃.

 

Taartvorm één richel onder het midden in oven schuiven. Taart in ca. 30 minuten bruin en gaar bakken. Eventueel laatste 10 minuten afdekken met aluminiumfolie.